Bankiers komen voor de rechtbank

Bijna 100 Spaanse bankiers moeten voor de rechtbank verschijnen voor hun aandeel in de crisis in de bankensector. In het totaal zou er € 37,7 miljard gemeenschapsgeld sinds 2004 verdwenen zijn.

De publieke verontwaardiging is des te groter omdat dit bedrag groter is dan de besparingsmaatregelen van de regering in de gezondheidszorg en in het onderwijs.

Er zijn negen banken bij de zaak betrokken: Bankia, Caja Madrid, Banca Civica, Cam, Banco de Valencia, Caixa Penedés, Caja Castilla la Mancha (CCM), Novagalicia en Eurobank. De laatste ging in 2004 failliet.

In deze grote zaak zijn er drie categorieën: in de eerste groep zijn er vermeende frauduleuze handelingen gepleegd die het geheel in gevaar brengen of die hebben winst opgeleverd voor enkelen. Dat is het geval voor de CAM, Banco de Valencia en de CCM.

In de tweede groep is er sprake van te hoge ontslagregelingen, opzegvergoedingen en pensioenzaken die gevaarlijk zijn voor het voortbestaan van de bank. Dat is het geval voor de CAM, Novagalicia, Caixa Penedes en de Banco de Valencia.

In de tweede groep is er sprake van de uitgifte van onwetmatige preferente aandelen en dat is denkelijk het geval bij Bankia en Banca Civica.